dinsdag 10 februari 2015

De ik die hij

De ik die hij geworden is
Hersensprookjes - Dieren
Geschreven door mobar   
zondag, 26 december 2010 15:14
Een wild vreemd iemand brengt, ongevraagd en met veel drama, 's avonds laat hevige emoties over aan iemand die hij of zij verder nauwelijks kent en die zijn eigen sores heeft.
Een schizofrene broer, die gedwongen in een zaal moet slapen, vanwege de vorst en zijn lekkende tent. Een verwarde moeder, die niet uit haar eigen verhaal kan geraken.
Een druk op de muis en de emailboodschap is weg, verzonden naar Ed Eppelin.
Ed Eppelin verroert zich niet, blijft rustig en beleefd lezen, en geeft alle antwoorden op diepzinnige vragen. De mens ergert zich aan een ander, vanwege eigen verlangens, het meest kenmerkende van aandacht is, dat je het eigenlijk niet nodig hebt, zodra je het kunt geven.
De wereld is overzichtelijk, Ed Eppelin heeft geen verlangens. Het enige bezit dat hij koestert is een roeiboot. Een roeiboot die hij heeft gekocht, met het geld, dat hij spaarde met een krantenwijk.
Zijn eigen roeiboot, ligt trots aan de kade. De plek aan het water waar hij vanavond naar toe loopt. Ieder mens is uniek, en plukt wijsheid vooral uit eigen ervaring, Ed Eppelin heeft ervaring met roeien.
Ed Eppelin heeft al eerder kennisgemaakt met ongevraagde e-mail en postberichten van mensen die hij verder niet kent of wil leren kennen. Mensen die assertiviteit en agressie verwarren, en doorgaans slechts vooroordelen spuien, die aan hem, gezien zijn levensstijl verder niet besteed zijn en waar hij verder geen notie aan heeft. Omdat hij het aanstellerij vind, met het moraal te koop lopen, om aan status te winnen, zonder er zelf maar iets tegenover te zetten.
Ed Eppelin hoeft ook niet lief te zijn, laat dat lieve maar weg voor zijn naam, hij is hier niet voor de stroop op de mond, of de irrationaliteit van zweverige mensen, die de werkelijkheid niet van fictie kunnen onderscheiden. Dromen niet van bedrog, waarheid niet van toeval. Erotiek niet van de zondeval, het ego niet van de ziel.
Ed Eppelin heeft zijn eigen sores en moet het maar alleen zien te redden. Ed Eppelin doet dat met de riemen die hij zichzelf tot dan toe heeft aangemeten, zoals een zeerover een gehaakt vest. Hij is op weg in zijn roeiboot naar een vogeleiland, het gevleugelde eiland van de gezonde ziel. Het gezonde eiland waar hij zich zonder betutteling kan vermaken.
Manipulatie is niet aan zijn mannenziel besteed, achterlijke religieuze denkbeelden evenmin. Alle vooruitgang wordt in de kiem gesmoord door denkbeelden die onveranderd woekeren, maar Ed Eppelin steekt zijn mannenkop in de wind.
Als hier geen enkele discussie mogelijk is, dan maar lezen en je kop houden, zodat de schapen weer rustig kunnen grazen in een overzichtelijke weide, zonder boze wolven, die zonder liefde zijn geschapen. En het leven liever in kleuren zien.
Die zonder liefde zijn opgegroeid, en die zonder liefde zullen doodgaan, omdat ze niet in God geloven, zo gaan alle geruchten. De tamme, burgerlijke zuchten.
Niemand weet meer werkelijk wie ze zijn, maar we moeten een dam opwerpen. Er mag niemand meer ontsnappen, alles onderwerpen aan kritiekloze middelmatigheid, omdat smaak de kwaliteit garandeert en iemand die geen smaak heeft is verwerpelijk, niet vriendelijk, ongepast brutaal. Wat denken ze wel? (vraagteken) Wat denken ze wel? (uitroepteken) Wat denkt hij wel. (uitroepteken.)


Er moet ergens nog liefde zijn. Zijn roeiboot vaart op volle zee. De schuimende golven slaan tegen de houten zijkant van de boot. De boot komt schuin te liggen, maar valt dan weer goed tussen de golven. Het is hard werken om de boot op koers te houden. Alle spierkracht in zijn armen, schouders moet hij aanwenden om dit afschuwelijke avontuur te overleven.
In de verte ziet Ed Eppelin een vogeleiland. Met alle spierkracht in zijn mannenlijf rukt hij aan de roeispanen om het vogeleiland te bereiken. Het gaat moeizaam, de worsteling met de golven en de wind, hij is doorweekt van het overslaande zeewater, maar het gaat hem lukken. Langzaam beweegt de roeiboot op de schuimende golven richting het eiland van de gezonde ziel. Nog even door zetten met al zijn kracht.
Daar is het strand. Er moet toch nog ergens ware liefde zijn. Hij springt uit de roeiboot met zijn benen in het water en trekt de houten boot op het strand.
Hij loopt het eiland op en komt in een prachtig bos.
Ed Eppelin ruikt de geur van gevallen herfstblad, en besluit dan toch die brief te schrijven. Hij maakt zijn rugzak open en haalt het grijze schrift te voorschijn en begint eindelijk met het schrijven van een brief aan James Absurdy, de schrijver van de misdaadroman Joop, die hij ooit in een ruk uitlas, zomaar gedreven door het leven.